VUURTORENS TE NIEUWPOORT

De vuurtorens van Lombardsijde en Nieuwpoort...

Lombardsijde

Dat Lombardsijde ooit een haven was, daar valt nu nog weinig of niets van te bemerken. Daar stonden ooit de twee oudste vuurtorens van onze kust. De haven van ‘Lombardie’ bestond ongeveer rond 1200 en vermits er twee vuurtorens gebouwd werden, moet er wel een behoorlijke scheepvaarttrafiek bestaan hebben.

Van waar de naam Lombardsijde wel zou kunnen komen? Een nederzetting van de Lombarden? Een volksstam of een familie die Lombard noemt? Er bestaat in Italië inderdaad een provincie Lombardije. Ook zou de naam Lombard een vervorming kunnen zijn van Lambert of ook nog van Ludimar. Reeds in de 9de eeuw ontscheepten op deze plaats aan onze kust de Noormannen. De bloeiende haven, die Lombardsijde was in deze tijden moest wijken voor de zee. Het lage land werd er helemaal overspoeld en tenslotte verdween Lombardsijde helemaal toen haar bewoners naar de andere kant van de IJzer verhuisden doordat er aldaar niks meer te verdienen viel.

Toch kwamen er nog enkele kleine vaartuigen. Zelden wordt immers zo brutaal afgebroken met de bestaande zaken. En er waren tenslotte nog de vissers. Zij die ten allen tijde terug te vinden zijn, waar er nog een plas water bestaat. Tot in 1400 waren er trouwens nog haringvissers in de kleine kreek van Lombardsijde en nu nog.  In Vlaanderen waren er rond die jaren 23 niet ommuurde steden en Lombardsijde was er daar één van. Uiteindelijk werd in 1260 de stad en de haven op de oostkant van de IJzer bij Nieuwpoort ingelijfd.

Nieuwpoort

In 1231 moet er dan ook een vuurtoren geweest zijn in Nieuwpoort en in 1367 schrijft men in de oude documenten, dat bestaande vuurtorens moeten worden vernieuwd zoals ze waren in de oude tijden. Het is dus helemaal niet onwaarschijnlijk, dat er te Nieuwpoort reeds in 1231 een vuurtoren bestond. Zonderling genoeg trok de zee in deze tijd steeds verder achteruit en in 1389 was dit reeds zover, dat het nodig bleek een licht te plaatsen dichter bij de zee. De kleine vuurtoren was oorspronkelijk niets anders dan een lantaarn geplaatst op een stelling. In 1431 brandde ze af en het jaar daarop werd deze terug opgebouwd, in stenen ditmaal. Er werden daarvoor 17.500 bakstenen gebruikt. Het dak was met leistenen bedekt en er waren vier verdiepingen.

Naast de bestaande viertorens of vuurtorens vond men het nog nodig – en dit was dan in 1425 – een schip buiten de haven te sturen voorzien van twee lichten om de scheepvaart de weg naar de haven aan te wijzen. Het is heel waarschijnlijk dat de lampen waren voorzien van roetkaarsen.

En zo ging het zoete leven maar door op de lage Vlaamse kusten onderbroken door drama’s als oorlogen en epidemieën. Op 25 oktober 1793 kwamen de Fransen van hun neus maken en de kleine vuurtoren van Nieuwpoort moest het ontgelden. Ze was onbruikbaar geworden en werd nadien afgebroken. Op het einde van de havendijk bij de duinen werd dan een seinmast geplaatst. Voor de nacht werd er een huisje gebouwd en daar werd hout opgeslagen, dat diende om ’s nachts bij vloed of stijgende getij vuur te stoken. Dit vuur was dan zichtbaar doorheen 3 standvensters. Overdag volstond een rookpluim boven de toren.

In 1858 werd besloten het vuur van Nieuwpoort te moderniseren. Er werd een oude olielamp afkomstig uit de vuurtoren van Oostende aangebracht en er werd een huisje voor de vuurtorenwachter opgetrokken. De familie Verbanck, (grootvader van Jef Verbanck) zorgde steeds voor de goede werking ervan. Maar in 1863 stelde men vast, dat het stelsel geen voldoening schonk en er werd teruggegrepen naar het oude systeem. Het vuur van Nieuwpoort was toen een vast rood licht.

Ondertussen had de zee niet stil gestaan. Ze was steeds verder achteruitgetrokken en de vuurtoren stond nu op 1.400 meter van de zee! Er werd besloten een nieuwe toren te bouwen ten Oosten van de IJzermonding en dit op slechts 100 meter van de zee. Men bevond zich terug op het grondgebied van Lombardsijde.

In 1881 werd met de bouw van de toren gestart en op 31 juli 1883 werd ze in werking gesteld. Het vuur werd verlicht met minerale olie en reeds enkele jaren later werd overgeschakeld naar elektriciteit.

Het avontuur van de Nieuwpoortse vuurtoren was daarmee nog niet ten einde. Op 31 oktober 1914 werd ze kapotgeschoten door de Engelse oorlogsschepen. In 1922 werd dan een ijzeren pyloon geplaatst nabij het loodswezengebouw. Het licht stond op dertig meter hoogte. Eveneens in dit jaar, werd een aanvang gemaakt met de bouw van een nieuwe vuurtoren; deze was voltooid in 1926. Het geheel werkte volkomen automatisch en stond in verbinding met de geluids- en lichtseinen op de staketsels.

Weeral zou het liedje niet lang duren want in 1944 werd het vuur opnieuw opgeblazen, nu door de Duitsers, die de aftocht bliezen. Dan werd maar weer een pyloon geplaatst met een vuur erop en er werd nagedacht aan het bouwen van een nieuwe vuurtoren. Op dezelfde plaats van de overige torens werd dan in 1949 de nieuwe in werking gesteld. Deze toren is niets anders dan een betonnen cylinder die smaller wordt tot op 2 meter van de top waar dan met een lichtramen dichtgemaakte balkon vooruitspringt. Er is een trap met 115 treden. Als de stroom uitvalt wordt automatisch overgeschakeld op gas. (HVB 03/02/1984)

Maritiem icoon

Twee rode lichtflitsen. Tellen tot veertien. Daarna opnieuw een dubbele, helrode schittering. Exact veertien seconden later zijn de lichtflitsen er terug. Dit gaat de hele nacht door, van de invallende duisternis tot het schemerig ochtendgloren.

Elke inwoner en menig bezoeker van Nieuwpoort zal dit patroon zeker en vast herkennen. Het repetitief lichtschema van de Nieuwpoortse vuurtoren is immers al even iconisch als het rood-wit gestreepte gebouw zelf.

Het karakteristieke lichtbaken staat op de rechteroever van de Havengeul, te midden van het uitgestrekt natuurreservaat. De IJzermonding. Hoog uittorend boven de IJzer en de Noordzee, vormt de Nieuwpoortse ‘viertorre’ een vertrouwd zicht voor wie uitvaart of van op zee terugkeert.

In een opéénvolging van vier vuurtorens is de huidige het meest recente baken voor het vaarverkeer van en naar de Nieuwpoortse haven. De drie voorgangers, waaronder de middeleeuwse vierboete, gingen allen verloren in het oorlogsgeweld tijdens de eerste helft van de 20ste eeuw.

De vuurtoren die wij vandaag kennen, werd officieel in gebruik genomen op 21 maart 1949, en mag dit jaar dus 70 kaarsjes uitblazen! Een uiterst belangrijk deel van de vuurtoren is echter nog veel ouder. De lichtinstallatie komt uit de derde toren en dateert bijgevolg uit de jaren 1923-1926. Vuurtoren nummer drie werd opgeblazen door de Duitse troepen bij hun aftocht in september 1944. Het verlichtingsmechanisme was tijdig naar Parijs overgebracht, overleefde de Tweede Wereldoorlog en werd nadien in de huidige toren geïnstalleerd.

IMG-3606
Foto: Roos Devriendt

De laatste vuurtorenwachter ging met pensioen in 1963. De werking van de toren werd later aangepast en geautomatiseerd. In de decennia die volgden, deden allerhande moderne technieken hun intreden die de scheepstrafiek nauwkeuriger en veiliger maakten. De functionaliteit van de vuurtoren is hierdoor stelselmatig beperkt geworden.

De Nieuwpoortse vuurtoren viert in 2019 in feite een dubbel jubileum. De kranige zeventiger staat immers ook exact 15 jaar geregistreerd als beschermd monument. De klassering van de toren in 2004 symboliseert een terechte van dit uiterst belangrijk stuk Nieuwpoorts en nationaal maritiem erfgoed.

nog een aantal weetjes

-de toren is 28 meter hoog
-het lichtsignaal heeft een reikwijdte van 15 zeemijl (ongeveer 27 kilometer)
-behalve in Nieuwpoort zijn er aan de Belgische kust nog drie actieve vuurtorens: in Oostende, Zeebrugge en Blankenberge.
-het logo van Stad Nieuwpoort toonde jarenlangs de vuurtoren, gecombineerd met de slogan ‘Nieuwpoort uw vakantieoord’. In 2009 werd dit vervangen door het huidige blauwwitte logo.
-de vuurtoren van Nieuwpoort valt in de smaak als decor van films. Oostends cineast Raoul Servais gebruikte onze toren en shots van de omliggende duinen in Taxandria (1994). Ook in Noordzee, Texas (2011) van filmmaker Bavo Defurne is de vuurtoren even te zien. (Nieuwpoort uw stad/ maart 2019)
flev-collectie:
Fictie
0225.Laura van den vuurtoren, HANS, Abraham (022), 1935, Brussel, uitg. J. Hoste, 317 p.
1520.De vuurtoren van Grafein, VERLEYEN, Karel (108), 1979, Leuven, uitg. Davidsfonds, 159 p.
2727.De belevenissen van Jommeke: De verdwaalde vuurtoren nr. 175, NYS, Jef, 2004, Gent, uitg. Dupuis, 48 p., 3de druk.
2915.Het spook van de vuurtoren, HEUGTEN (VAN), Anneriek, 2007, Hasselt/Amsterdam/New York, uitg. Clavis, 150 p., afm.: 20,5 x 14,5 cm., met illustraties van Wouter Tulp.
3400.De vuurtoren van Connemara, MONTEFIORE, Santa, 2013, Amsterdam, uitg. De Boekerij bv, 396 p., afm.: 21,5 x 14,0 cm., oorspronkelijke titel: The secrets of the Lighthouse, 2013, oorspronkelijke uitgever: Simon & Schuster.

Non Fictie

1664.Vuurtorens: over vierboeten, lichtwachters en markante bouwwerken, VEEN (VAN DER), Romke, 1981, Bussum, De Boer Maritiem, 159 p.
2477.De vuurtorens van Vlaanderen. De verwaarloosden van de geschiedenis, WARZEE, Philippe, 1999, Brussel, uitgegeven door Bernard Gilson, 159 p., afm.: 31,5 x 21,5 cm., foto’s van Eric Valenne
2874.Vier vuurtorens op een rij… de lichtbakens van Nieuwpoort, BEUN, Jacques (086) 2006, Nieuwpoort, uitgave in eigen beheer, lay-out en uitvoering: Drukkerij Dewaele bvba, Nieuwpoort, zp. 
3376.Tijdschrift:Vuurtorens: erkend maritiem erfgoed of net niet? p. 2 e.v. in: Neptunus, tweetalig viermaandelijks maritiem tijdschrift, 55ste jg., nr. 302, april 2012, vu.- J.-C. Vanbostal, Assebroek.

Artikel: Vrienden Navigo – FLEV  bibliografie - Vanmassenhove